Logic bug

Als kakkerlakkenkiller met gifreservoir op de rug en joekel van een spuit in de hand heeft de persklaarmaker een zooi kleine en grotere fouten uit mijn debuutroman ‘Toiletten’ geknikkerd. Voorbeeld: de lamp had op pagina acht nog een ontwerp uit de jaren vijftig, maar later in het boek werd ‘ie pas in de jaren zeventig bedacht. Dat kan natuurlijk niet. Nu staan ze er (bijna) niet meer in, fouten.

De mooiste ontdekking van de persklaarmaker: een joekel van een continuïteitsfout. Mijn hoofdrolspelers wonen gedurende het boek een dag of tien samen in een piepklein verdiepinkje boven een oude dame. Heel typisch is dat er in die benauwende ruimte toch maar liefst twee wc’s zijn. Wat continuïteit betreft gaat het mis als mijn helden direct uit een regenbui thuiskomen en door hun onderbuurvrouw worden gevraagd om mee te eten. Daar gaan ze op in. Lekker, bloemkool. Na afloop beginnen ze op de trap naar boven al met elkaar te vozen. “Alsof de doffe visie op de wereld vanuit het raam van de mevrouw beneden onze dierlijke instincten zo ruw had onderdrukt dat ze zich nu als explosieven wilden bevrijden.” Ze trekken elkaars jassen uit.

Kuch.

Die jassen waren drijfnat. Het meisje had haar jas al uitgedaan toen ze voor het eten even snel naar boven wipte om de inkopen van die dag op te ruimen. En de jongen had zijn jas bij de oude vrouw over de verwarming gehangen zodat het kledingstuk kon drogen.

Zoals gesuggereerd door de persklaarmaker heb ik dikke strepen gezet door enkele schaamteloos misplaatste zinsdelen. Toiletten kan nu naar de zetter. Het is on schedule voor een release tegen het einde van september. Lauw.