Pokémon op de iPad zegt weinig over Nintendo

Dit artikel stond op 6 oktober in NRC Handelsblad. Download de PDF.

Precies een week na Nintendo’s 125ste verjaardag stond hij ineens in de iPad-appstore: Pokémon Trading Card Game Online. Een digitaal kaartspel rond een van de populairste reeksen van het Japanse bedrijf, nota bene in 1889 begonnen als fabrikant van speelkaarten.

Op de hardware die medeplichtig is aan de tanende populariteit van Nintendo’s eigen gamesystemen, kon je nu zomaar gratis met de schattige vechtbeestjes spelen. Zou directeur Satoru Iwata dan toch overstag zijn gegaan, na lang aandringen van aandeelhouders, om in te springen op de smartphones en tablets die het bedrijf de laatste jaren voorbij zijn geknald?

Dat valt mee. Alleen al omdat Nintendo slechts één van de drie eigenaars is van The Pokémon Company. Het heeft veel te zeggen over de Pokémon-avonturenspellen – Pokémon X en Y voor de draagbare 3DS verkochten vorig jaar nog 12 miljoen stuks – maar niet over de tv-series, films, merchandise én het kaartspel, dat ook in papieren vorm bestaat. Het is opmerkelijk dat het nu ook op de iPad draait, maar niet ongekend; sinds 2011 is er ook al een pc-versie.

Het lijkt er voorlopig ook niet op dat het kaartspel een test is voor de iOS-markt. In januari gaf Iwata aan dat Nintendo wel aan apps werkt, maar alleen om de eigen games elders te promoten. [Postscriptum: Inmiddels heeft The Pokémon Company nóg een iOS-game uitgebracht: Camp Pokémon.]

Verstandig, want ook al heeft Nintendo het momenteel zwaar, het moet voorzichtig omspringen met de unieke positie die het de afgelopen decennia heeft opgebouwd. Hardware verkopen blijft lucratief; bovendien zijn veel van Nintendo’s inventieve, familievriendelijke games een succes doordat ze naadloos gebruikmaken van de mogelijkheden van de eigen apparaten.

Met mobiele games kan het bedrijf op korte termijn succes hebben. Maar hoe lang blijft men zichtbaar tussen de massa’s apps? En hoeveel moet het zijn games afprijzen, van 30 tot 60 euro nu tot een paar euro in de appstores? Plus: in hoeverre moet het zijn games aanpassen om, volgens het gangbare free to play-model, geld te verdienen met in-app aankopen?

De situatie is ook niet zo penibel als sommige analisten stellen. De 3DS is met 44 miljoen verkochte exemplaren over zijn piek heen, maar wordt in Japan komende zaterdag al (en volgend jaar hier) opgevolgd door de snellere New 3DS. En hoewel de Wii U het slecht doet, met na twee jaar nog maar zo’n 7 miljoen verkochte tv-consoles, weet Nintendo er toch miljoenenhits voor te maken, zoals racegame Mario Kart 8 in mei en vechtgame Super Smash Bros. dit najaar.

Zo populair als tijdens de Wii-hoogtijdagen, eind jaren nul, zal Nintendo niet meer worden. Al was het omdat de niet-gamers die massaal aan de Wii Sports gingen nog amper bestaan; iedereen heeft nu al volop toegang tot games. Maar het is niet ondenkbaar dat het met een iets aangepaste strategie weer ‘succesvol genoeg’ kan worden.

Een van de belangrijkste hindernissen op dit moment is dat Nintendo nog steeds twee hardwarelijnen heeft. Ondanks een fikse schaalvergroting sinds het Wii-succes lijkt Nintendo te klein om voor de 3DS én de Wii U een gestage stroom van goede games te produceren.

Gelukkig lijkt het dit zelf ook in te zien, en zijn de teams die al decennia los van elkaar aan de portables en tv-consoles werkten, samengevoegd. In het beste geval leidt dat binnenkort tot één Nintendo-systeem, bijvoorbeeld een portable die ook op de tv kan worden aangesloten. Tot het zover is zullen de aandeelhouders geduldig de rit moeten uitzitten.