Jaarlijkse bloedneus

Het zal de warmte of de smog wel zijn, maar ieder jaar op de E3 heb ik er weer eentje: een bloedneus. En ook nog eens eentje die er minstens tien minuten over doet om te stoppen met bloeden.

In 1999 kwam ‘ie pas toen we na afloop in Las Vegas waren, in de prachtige GameWorks-speelhal waar ik elke avond ‘Guitar Freaks’ speelde.

In 2000 kwam ‘ie tijdens een heel serieus gesprek met een hoge pief bij IGN over samenwerking met GameSen. Ik was strak in pak en heb het hele gesprek geen woord meer kunnen zeggen. (De internetbubbel plofte en IGN was vanaf dat moment vooral bezig met overleven. We hebben er nooit meer iets van gehoord.)

Gisteren kwam ‘ie toen ik in de rij stond voor ‘F-Zero AX’, de arcadeversie van deze futuristische racegame. Ik snelde naar de toiletten. Met mijn neus dichtgeknepen worstelde ik me door een groep mensen dat bij de Tecmo-stand naar een filmpje van het vechtspel ‘Dead or Alive Online’ stond te kijken. In ijltempo joeg ik er een stuk of dertig tissues doorheen en kreeg ik heel wat vreemde blikken van wc-gangers te verduren.

Een beveiligingsman: “Hee man, je moet even naar de eerste hulp gaan.” Ik: “Nee, nee, dat is echt niet nodig.” Hij: “Jawel joh, voor de zekerheid. Je weet nooit of je iets gebroken hebt.”

Als je een bloedneus hebt, denken mensen a) dat je gevochten hebt of b) dat je coke snuift.

Gisteravond, op het knusse feestje van Microsoft Benelux in het Japanse restaurant Mr. Miyagi’s, begon de boel nog een keer te bloeden. Romke Spierdijk (De Telegraaf), Toine Kamphuis (Xbox Magazine): ze moesten allemaal plassen toen ik daar mijn neus stond te fixen. Toen ik weer ten tonele verscheen ging het restaurant sluiten en had men mijn drankje al opgeruimd.