Swing uit de pan en wees de man

Gevonden in een stoffig mapje ergens achterin mijn computer: een recensie van ‘Disney Dancing Stage’ op de oorspronkelijke PlayStation, uit 2001. Geschreven voor ‘GameSen’ maar om een of andere reden nooit gepubliceerd. Stiekem is het wel een erg leuk stukje, vandaar dat ik het hier alsnog aan je laat lezen. Dit vrolijke dansspel kreeg overigens een zeven uit tien als score. Komt ‘ie.

“Je denkt vast dat we bij GameSen nooit aan sport doen. Dat we dikke buiken, ongeschoren kinnen, bleke gezichten en hoogstens één zwemdiploma hebben. Nou, daar zou je best eens gelijk in kunnen hebben. Het feit wil echter wel dat we nog nooit zoveel bewogen hebben als de afgelopen tijd. Onze hemden hebben nog nooit zo gestonken naar zweet, de ramen besloegen nooit eerder zo sterk als nu, onze moeders hebben ons nooit eerder zo horen nahijgen. Herinner je je de PlayStation-dansmat nog die zo populair was in Japan? En de sterk versimpelde versie voor Europese kinderen met ‘Jungle Book’-liedjes die we op GameSen bespraken? Wel, diezelfde mat hebben we weer eens afgestoft, voor een game die nog steeds niet zo geweldig is als de Japanse originelen, maar toch al een stuk dichterbij komt.

Voor iedereen die nog niet weet waar we het over hebben: er bestaat een dansmat die je op je PlayStation kunt aansluiten. Schoenen uit, sokken aan, spring er op; er zijn acht grote knoppen die je indrukt door er op te stappen. De belangrijkste zijn de vier richtingsknoppen, die je nodig hebt bij deze game. Ben je het spel eenmaal begonnen en heb je een liedje gekozen, dan beginnen er pijlen door het beeld te rollen die aanduiden welke richtingsknop je moet indrukken. Gaat ’t eenmaal een beetje rap en stap je op de goeie momenten, dan ontstaat er zowaar een dansje.

Sinds ‘Jungle Book: Groove Party’ weten we dat een goed dansspel staat of valt bij de muziek en de complexiteit van de pasjes. De muziek van die game was best leuk te noemen, maar we speelden het moeilijkste niveau al snel zonder problemen uit en toen bleek dat er maar een tiental liedjes was. De Japanse import die onze favoriet is, ‘Dance Dance Revolution 4th Mix’, bevat er meer dan dertig, die bovendien al snel ongelooflijk moeilijk worden. ‘Dancing Stage Disney’ biedt een mooie hoeveelheid songs, die af en toe net zo maf zijn als de J-pop van Dance Dance Revolution (en er soms ook gewoon uit gejat zijn), met een moeilijkheidsgraad die oploopt van zeer eenvoudig tot zwaar pittig (maar nooit onmogelijk). Een mooi instapniveau voor ons Europeanen, zouden we zeggen. ‘Let’s Twist Again’ (een favoriet) konden we gemakkelijk behappen, maar van de technoversie van ‘Supercalifrajalisticexpialidocious’ (bekend van Mary Poppins) liepen de zweetdruppels al snel in grote aantallen over onze smoelen.

Kortom, hoewel Jungle Book al leuk was, kunnen we Dancing Stage Disney aan nog meer mensen aanraden. Speel dit op feesten en partijen; neem het mee naar je vrienden; introduceer al je zusjes met het fenomeen; bind je vriendin vast als ze niet mee wil doen. Speel het desnoods in een donkere ruimte waar verder niemand je ziet, maar zorg in ieder geval dat het een succes wordt! Een spelconcept dat zo puur en leuk is mag niet verloren gaan doordat wij Europeanen ons schamen voor het rondhupsen op een dansmat. Dus swing uit de pan en wees de man!”

Ik vond ook nog een halve recensie van het geniale ‘Ico’ voor de PlayStation 2, een artikel waar ik heel erg mijn best best op aan het doen was toen Bas me te vlug af bleek en zijn eigen recensie plaatste. Het stuk dat ik zonet vond, was zo half af (eerder kwart af) dat ik het maar gewoon heb weggegooid. Wel denk ik dat het de enige Ico-recensie zou zijn geweest die de link legde tussen het Ico-kasteel en dat AVRO-tv-programma ‘Fort Boyard’.