Blonde kanjer

Ik had gevraagd: “Wat is nou precies de bedoeling?” En de mevrouw zei: “Het is een Message Party. Jullie moeten helpen met het schrijven van de berichten.” Ik had geïnformeerd naar mijn gage en gezegd: “Goed. Ik zal er zijn.” Later ontdekte ik dat iedere Vlaming weet wat een Message Party is: een feest waarop […]

Ik had gevraagd: “Wat is nou precies de bedoeling?” En de mevrouw zei: “Het is een Message Party. Jullie moeten helpen met het schrijven van de berichten.”

Ik had geïnformeerd naar mijn gage en gezegd: “Goed. Ik zal er zijn.”

Later ontdekte ik dat iedere Vlaming weet wat een Message Party is: een feest waarop alle aanwezigen een nummer dragen, met een centraal bord, met diezelfde nummers. Het idee is dat de aanwezigen via het bord anonieme berichten aan elkaar sturen.

Vrijdag was ik met veel moeite en een uur of twee vertraging in Antwerpen gearriveerd. Ik ontmoette Annelies Verbeke op het balkon, ze zat van het zonnetje te genieten. Binnen dansten 15-jarige meisjes en keken 15-jarige jongens hoe de meisjes dansten. Als er een recente hit voorbij kwam werd er gegild. Als er een onbekende plaat werd gedraaid stroomde de dansvloer leeg.

Een man pakte een microfoon om ons aan te kondigen. “We hebben de hulp ingeschakeld van twee échte schrijvers”, zei hij. Hij wees naar ons. We zaten in een hoek van de zaal, tegenover het berichtenbord, en, zo leek het, mijlenver van de actie verwijderd.

Ik had de betekenis van de term Message Party nog maar net ontdekt, maar het leek me nu al sterk dat er kinderen naar de andere kant van de zaal zouden lopen om échte schrijvers te vragen om advies. Zo van: zeg schrijvertje, vertel eens, hoe zeg ik tegen die blonde kanjer dat ze goed danst?

De man ging verder: “Annelies Verbeke heeft ‘Slaap!’ geschreven, een erg succesvol debuut. We zijn bijzonder blij dat ze hier is.” Annelies zwaaide onhandig. Een handvol scholieren klapte. Ik dacht: dat zwaaien moet mij beter afgaan.

Ik was aan de beurt: “Niels ’t Hooft heeft ‘Toiletten’ geschreven. Dat was minder succesvol, maar we zijn desondanks blij met zijn aanwezigheid.” Ik besloot toch maar onhandig te zwaaien en daar meteen ook een beetje dommig bij te gaan lachen.

Die avond heb ik welgeteld twee berichten geschreven. Eentje voor een juf Nederlands aan een andere juf Nederlands, en eentje van de fictieve mannelijke hoofdrolspeler van mijn volgende boek aan de fictieve vrouwelijke hoofdrolspeler van mijn volgende boek. Annemieke gebruikt het kaartje nu als boekenlegger.

Later die avond gingen we naar het derde Vlaamse boekenbal. Dat was leuker.